Wij en onze paarden

18 augustus 2017 - Vilcabamba, Ecuador

Anna en Noor dromen al weken over een rit per paard. Er zijn veel plekken hier waar dat wordt aangeboden. Maar de kwaliteit van paardverzorging en gidsen verschilt. We willen wel iets goeds en betrouwbaars, dus vragen we Phil om advies. Zo belanden we bij Wilson. Een coole cowboy die zijn paarden -Pacifico's, wat mij natuurlijk helemaal niks zegt- getraind heeft op tochten met beginnelingen. Zoals ik. Anna en Noor weten er wat meer van. We hebben er zin in!

Wilson stelt een vier uur durende route voor. Dat lijkt me wat lang, Maar hij verzekert me dat het een beginnerstraject is: een route van een half uur naar een waterval, daar zwemmen en dan weer terug. Klinkt oke. Bovendien krijg ik het rustigste paard toebedeeld, nadat ik Wilson nogmaals wijs op mijn gebrek aan ervaring. Hoed op, adem in, been erover, cool down. We gaan ervoor! 

Draven
Anna en Noor achter mij lachen luid meelevend als ik de eerste meters demonstreer wat je altijd hoort en ziet; rechtop zitten, meebewegen met je paard. 'Kom op zeg, dit ziet er toch zeker goed uit..?!' Ja, zegt Anna, 'Je lijkt net iemand op een 1-euro-attractiepaardje op de Cuyp'. De paarden volgen elkaar netjes over de geasfalteerde weg terwijl ik voorzichtig experimenteer met het trekken aan de teugels. So far, so good. Als dit het is, ga ik vast wennen. 
We zijn een kilometer ofzo op weg, als mijn paard, Pasajo, het ineens in zijn hoofd krijgt de pas erin te zetten. Tsjonge, dit voelt snel. En ook wat minder gemakkelijk. 'Ziet er goed uit, Nico!' hoor ik achter me. Kennelijk ben ik aan het draven. Het zal zo zijn, mij gaat het om het tempo. Mag het iets langzamer? Ik stuiter op en neer in het zadel. Anna en Noor genieten.

Hink-stapsprongen
Nog een stuk verder, wijken we van de weg af, een riviertje doemt op. De paarden voor mij, we vormen inclusief cowboy Wilson een groep van zes, klossen over de stenen door het snelstromende water. Kan ik dit ook? Ik volg zonder tijd om na te denken, ja, het lukt! Vervolgens een steil en zanderig pad op, tussen bomen door. De uitdaging neemt toe. Het pad gaat over van zand in modder in stenen. Paardenhoeven zoeken hun weg, glijden weg, nemen plotse hink-stapsprongen. Mijn hemel, hoe blijf ik zitten?! Ik klem mijn handen om het zadel. De teugels in twee vingers, dit paard zoekt zelf wel zijn weg en heeft mijn onervaren begeleiding helemaal niet nodig. Trouwens, het zou nog onveilig worden ook, bedenk ik, als ik in mijn aanstormende paniek plots met allerlei goedbedoelde aanwijzingen kom. 

Paniek
We stijgen hoger en hoger. De bergen in. Was dit het plan? 'Hoezo beginnersroute?!' roep ik naar achteren. 'Wat wil je dan?' is het antwoord. Nou gewoon, een paar kilometer over een rechte, platte weg... Anna en Noor vinden deze ervaring hoorbaar geweldig. 
Terwijl Wilson regelmatig stopt om de groep bij elkaar te houden -en vervolgens direct doorrijdt- focus ik op mijn balans. 'Gewoon meebewegen,' roept Anna. Ja, hallo, dat paard is veel sneller dan ik. De pin van een gesp prikt hard in mijn been, maar ik negeer het in het zicht van een steeds steiler, steeds smaller pad. Veertig centimeter? Naast me links en rechts rotswanden, ik moet nog opletten dat mijn voeten niet blijven haken. Dan een loodrechte helling, vlak naast me. Niet kijken. Mjjn paard Pasajo moet af en toe bijtrekken. Hij stuift dan ineens vooruit. Eerst is dat draven. Tot ik Noor ineens hoor roepen: 'Je galoppeert!' Mijn god, wat haalt dit paard in vredesnaam in zijn hoofd?! Hoe hard stuif ik hier duizenden meters boven het aardoppervlak? Weet iemand hoeveel kilometer zo'n beest rent in galop?! Hoe diep die afgrond naast me is?! In paniek klem ik me nog vaster aan het zadel, voel de blaren opkomen. De teugels interesseren me niet meer, als ik maar kan blijven zitten. 'Ziet er stoer uit!'' Jaja. Het is een vreemde gewaarwording. We moeten tegelijkertijd ontzettend lachen. Ik op een paard door de bergen. De hele situatie trekt als een komedie aan me voorbij. 'Je kunt het, mamma!'

Na een uur, we zijn dan hoog in de bergen, ik ben een beetje gewend, kan ik plots genieten van de geweldige uitzichten, deze hele belevenis. We komen op paden, zo ruig en smal, waar je als wandelaar niet snel komt. Ik zie de wereld door de ogen van een paardenliefhebber. Maar weet ook: paard en ik worden nooit vrienden. 

Achterover
Na anderhalf uur stappen we af (dat lukt dus nog). De paarden hebben rust nodig. Ik ook. Al krijgen we dat niet echt. Het pad naar de waterval dichtbij, blijkt heel steil naar beneden af te lopen. Via een touw komen we onderaan uit. Vijftien minuten staren naar het watergordijn, dan weer dezelfde weg terug. Ik vraag Wilson voorzichtig of deze route niet wat hoog gegrepen is voor een beginneling. Nee hoor, zegt hij, kinderen doen het ook, en met een beetje ervaring, kun je het nog op je tachtigste. Ja hoor, vast. Maar het lijkt mij vooral bekeken door de bril van een ervaren Ecuadoriaanse cowboy die zijn eerste stappen op het paardenpad al lang vergeten is. Wilson controleert de zadels, belooft dat de terugweg sneller is -maakt mij dat iets uit? Ik zie vooral de hellingen voor mij- en raadt me aan bij het afdalen achterover te gaan hangen. 

Heelhuids
Hell!! Vraag me niet hoe ik beneden gekomen ben. Ik kan het ook nauwelijks navertellen, want op angst volgde complete bewustzijnsvernauwing. Een berg afdalen per paard gaat twee keer zo snel als beklimmen. Ik word geklutst als een ei. En zit er waarschijnlijk ook zo bij. In mijn angst om in het ravijn te belanden, spant iedere vezel in mijn lichaam zich in om te blijven zitten. Maar Pasajo, die af en toe gras wil happen, trekt zijn achterstand bij door steeds te galopperen!! Zoef, hij schiet op onverwachte momenten als een pijl in een boog vooruit. Op een stenig en steil pad van enkele decimeters, langs takken, rotsen, afgronden. Ik durf niet om me heen te kijken, bang mijn concentratie te verliezen. Hoe kom ik hier heelhuids uit?! Noor rijdt voor me, loodst me onder aanmoedigende kreten door deze hel. 'We dalen af, dus we zijn er bijna (...)'. Tegelijk  raak ik vaak achterop. Noor ziet me niet. Tot ik ineens om de bocht kom aanstuiven, in een wolk van opstuivend zand. Ondanks alles, moeten we allebei zo ontzettend lachen. Het is ook te komisch voor woorden: ik op een galopperend paard door Podocarpus National Park.

Het laatste half uur gaan we terug over de weg. De paarden ruiken stal. Ze gaan snel op het harde wegdek. Iedereen zit er compleet doorheen, ook de andere twee toeristen waren beginners. 
We vieren onze overwinning met een groot stuk taart. Anna is niet bang geweest 'Hoezo van je paard afvallen? Je moet gewoon meebewegen' (ze heeft de hele route met maar één hand aan het zadel gereden, voor mij onbegrijpelijk!). Noor wel, voor mij (dat mijn paard alleen om de bocht zou komen) en ik ook. Zelf zet ik vandaag een streep onder mijn paardrij-ervaringen. Maar Noor en Anna willen meer. Op naar Cotopaxi. We zijn nog lang niet uitgepraat en -gelachen over dit avontuur. De volgende dag heb ik een blauwrode plek van vijftien centimeter (waar de gesp zat) en nog veel meer butsen en blaren all over.

6 Reacties

  1. Hugo van den Beld:
    18 augustus 2017
    Wat een prachtig verhaal. Stoer hoor. Ik zie het in gedachten helemaal voor me. Benieuwd of er nóg zo'n ritje gaat komen! Geniet ervan!
  2. Nia Hurkmans:
    18 augustus 2017
    Oh Nic, hilarisch!!!!!!
    Ben trots op je wat een belevenis weer!
  3. Ellen Vosmeer:
    18 augustus 2017
    Wat een verhaal weer
    Ik hoor je geluiden erbij
  4. Juliette:
    22 augustus 2017
    Stoer, mar ik begrijp je goed, ik ben gek op dieren maar met paarden kan ik niks......
  5. Mama:
    22 augustus 2017
    Haha, prachtig verteld! Mijn paardenavontuur in Cuba was suf hierbij vergeleken en ik had al n bont en blauwe derrière. Not hard to imagine how yours looks... en voelt;-)
  6. Pippa:
    23 augustus 2017
    You did it!!! En hoe!?!
    Tranen biggelden over mijn wangen omdat je avontuur zowel hilarisch als ook echt spannend was. Jeetje, wat heb jij een hele nieuwe dimensie van angst gehad...en geen keuze dan door te gaan!